Carine Timmermans

Deel deze pagina

Schilderijen met nicotine-aanslag, vergeeld vernis, scheurtjes in het doek, een loskomende verflaag, rafelende doekranden, ouderdomscraquelé,… . Carine Timmermans weet er raad mee. Ze restaureert schilderijen, en ook lijsten en polychrome beelden. We ontmoeten haar in haar atelier: een uniek universum met heel eigen geuren, kleuren en procédés!

Het begin

Iets meer dan dertig jaar geleden bezocht Carine het museum voor Catalaanse kunst in Barcelona. Daar sloeg de vonk over. De gerestaureerde middeleeuwse muurschilderingen prikkelden haar om van naderbij kennis te maken met de ambachtelijke restauratietechnieken die die mooie werken weer in hun grandeur konden herstellen.

Een intensieve, sterk praktijkgerichte avondopleiding aan de kunstacademie in Anderlecht bood haar een grondige basiskennis. Indertijd was dat de enige manier om als erkend restaurator aan de slag te kunnen gaan. Daarna scherpte ze haar kennis verder aan in een professioneel restauratieatelier, waar men onder andere werk verrichte voor een bekende galerie aan de Brusselse Zavel. Ze was er meer dan twee jaar in dienst en leerde er ontzettend veel bij. Toen het atelier werd opgedoekt, werd ze zelfstandige restaurator in bijberoep. Op vraag van particuliere klanten brengt ze het door hen zo gekoesterde werk terug naar een meer originele staat.

Alles moet omkeerbaar zijn!

Omkeerbaarheid geldt als de gouden regel voor elke goede restaurator. Wat je wijzigt door je ingreep, moet je nadien weer ongedaan kunnen maken. Onder invloed van nieuwe technieken en procédés, raakt dit adagium steeds meer op de achtergrond. Synthetische producten bijvoorbeeld, kunnen erg efficiënt zijn, maar zijn soms ook agressief voor de verflaag. Hoewel er onderzoek wordt verricht om de impact van die nieuwe producten te testen, blijft het onzeker hoe een werk er na vijftig of honderd jaar kan uitzien. Denk maar aan een nieuw vernis en de mogelijke gevolgen daarvan op het verouderingsproces van een werk. Carine kiest daarom liever voor milde, meer traditionele procédés die de gelaagdheid en samenstelling van een oorspronkelijk werk respecteren.

Verdoeken

Bij oude, door scheuren of gaten beschadigde of verzwakte doeken is het soms noodzakelijk om te ‘verdoeken’: dit is een techniek waarbij een beschadigd doek verstevigd wordt door een nieuw doek aan te brengen. Vroeger werden schilderijen verdoekt met een ‘papverdoeking’, een lijm op basis van bloem die echter vatbaar bleek voor schimmel. In België werd als kleefmiddel vooral gewerkt met een was-harsmengsel die je met warmte het doek in moest ‘strijken’. Nu worden ook steeds meer synthetische lijmen en harsen gebruikt.

Sporen van restauratie en reconstructie zijn geen taboe

In onze contreien probeerde men van oudsher om restauraties of retouches onzichtbaar te maken voor het publiek. Vlekken en lacunes werden, indien er geen documentatie voorhanden was, willekeurig geïnterpreteerd en ingevuld. In Italië daarentegen werd retoucheren bijna als vervalsen aanzien. Je kan er daarom erg duidelijk zien wat gerestaureerd werd: lacunes werden bijvoorbeeld opgevuld met kleine streepjes (zoals in een impressionistisch schilderij) of met een egale kleur.

Ook in België wordt steeds meer getoond dat restauratie mág! Bij schilderijen worden door de tijd verdwenen lagen egaal opgevuld, waardoor ze ruimte laten voor suggestie. Men spreekt van geïntegreerde retouches. Bij polychrome beelden wordt dikwijls overwogen om minimaal in te grijpen en niet te veel retouches aan te brengen.

In musea wordt steeds vaker de gelaagdheid of stratigrafie van een werk aan het publiek getoond. Het hoort nu eenmaal bij het natuurlijke verval van elk schilderij.

Wetenschap en ambacht, hand in hand?

België is op vlak van restauratie erg gerenommeerd in het buitenland. Het wetenschappelijke karakter van het restaureren staat hoog aangeschreven … maar er is een keerzijde. Vandaag de dag moet je om het vak te leren een brede, wetenschappelijke masteropleiding volgen die sterk focust op kunsthistorische analyse. Louter praktijkgerichte vakopleidingen zijn er nauwelijks en de opleidingen die er vroeger waren, worden niet steeds als professionele beroepsopleidingen gevaloriseerd. Het ambachtelijke lijkt steeds meer naar de achtergrond te verdwijnen. Een wetenschappelijke benadering wordt de norm, ten koste van een grondige praktijkkennis. Het blijft op dit moment onzeker hoe de wetenschappelijke en meer ambachtelijke benadering van het restaureren hand in hand kunnen gaan.

Carine ligt er op zich niet wakker van. Ze probeert in te spelen op vragen van klanten, vertrekt steeds vanuit een analyse van het werk, en werkt voor eventueel gespecialiseerd onderzoek samen met collega’s. Ze haalt voldoening uit het contact met de klanten en het plezier dat ze hen teruggeeft door een geliefd werk in een goede staat terug te bezorgen.

Restauratie is geen elitaire bedoening!

Tot slot geeft Carine ons een voor veel mensen verrassend advies mee: ‘De restauratie van een schilderij dat je nauw aan het hart ligt, is veel toegankelijker dan vaak wordt vermoed. Het is betaalbaarder dan je zou denken, en je krijgt er een mooi gerestaureerd kunstwerk voor in de plaats. Een plezier om (opnieuw) naar te kijken.’

Interview: Benedicte Serroen en Katrijn Meirlaen

We hebben dit verhaal opgenomen in het kader van het project 'Schatten van Mensen' in 2014.